Activiteiten kiezen

Het is voor iedereen, dus ook voor mensen met dementie, belangrijk om activiteiten te blijven uitvoeren waaraan plezier wordt  beleefd. Het is echter niet altijd makkelijk om deze activiteiten te bedenken en om iemand met dementie te bewegen deze ook uit te voeren.
Interesses en hobby’s van vroeger en nu, maar ook het werk dat de persoon met dementie vroeger deed, geven aanknopingspunten voor het kiezen van plezierige activiteiten. Hobby’s van vroeger en nu zouden kunnen zijn:  schilderen, vissen, puzzelen, knutselen aan auto’s, muziek maken of luisteren en tuinieren. Het vroegere werk: o.a. huisvrouw, muziekleraar, conducteur.

Activiteiten aanpassen
Het is erg belangrijk om de activiteiten aan te passen aan de mogelijkheden die de persoon met dementie heeft op dit moment. Wat kan iemand nog wel en wat niet meer? Vermeden moet worden dat activiteiten worden aangeboden die te moeilijk zijn. Maar het moet ook weer niet te gemakkelijk worden gemaakt, want dan ontbreekt de uitdaging. Hoe bepaalt u wat de persoon met dementie nog kan? De volgende vragen kunnen daarbij helpen:

  • Wat kan hij/zij lichamelijk nog? Is hij/zij snel moe, ziet of hoort hij/zij slecht of beweegt hij/zij moeilijk?
  • Welke activiteiten doet hij/zij uit zich zelf? Gaat hij/zij bijvoorbeeld elke dag een eind wandelen?
  • Waar geniet hij/zij nog van? Waar heeft hij/zij plezier in?
  • Hoe reageert hij/zij op een activiteit? Wanneer is hij/zij gelukkig, angstig of geïrriteerd? Is hij/zij snel afgeleid?
  • Is een activiteit nog wel veilig? Is hij/zij nog in staat om met gereedschap of gevaarlijke vloeistoffen om te gaan?

De vraag of een activiteit geschikt is, is dus meestal met het gezonde verstand te beantwoorden. Bedenk dat het er niet om gaat dat een bezigheid perfect wordt uitgevoerd. Neem niet te snel iets uit handen. Het doen op zich is vaak belangrijker dan het resultaat. Een activiteit slaagt als de persoon met dementie er plezier in heeft.